The Collar Bomb Heist

The Collar Bomb Heist

Brian Wells liep op de middag van 28 augustus 2003 kalm de PNC-bank in Erie Pennsylvania binnen en gaf een briefje aan de bankbediende. Hij eiste dat hij in de komende 15 minuten $25.000 zou krijgen, anders zou de doosachtige bom die om zijn nek werd gesloten, ontploffen. De bankbediende had slechts toegang tot $8,702 en overhandigde het hem in een tas. Wells nam het aan, pakte een lolly en vertrok. De politie trof Wells buiten zijn auto op een nabijgelegen parkeerplaats. Ze boeiden zijn handen achter zijn rug en zochten dekking achter hun voertuigen terwijl ze wachtten op de komst van de explosievenopruimingsdienst. Terwijl hij in kleermakerszit op de grond zat, vertelde Wells hen dat hij pizza's had bezorgd bij een afgelegen tv-zendmast toen drie mannen hem grepen en de halsband om zijn nek deden. Hij moest ze het geld geven, anders zou de bom ontploffen. De televisieploegen arriveerden op tijd om Wells te filmen toen de halsband onophoudelijk begon te piepen en vervolgens explodeerde. Wells stierf ter plaatse.


In de auto van Wells vond de politie een brief met uitleg over een bizarre speurtocht die beloofde een deel van de halsband met elke aanwijzing te ontgrendelen. Het begon bij de transmissietoren, leidde naar de PNC-bank en vervolgens naar de drive-through van een McDonald's, maar Wells kon de speurtocht niet afronden omdat de politie hem inhaalde. De politie onderzocht het nabijgelegen bos om nog twee aanwijzingen te vinden, maar de pot die de laatste aanwijzing zou bevatten, was leeg. De bom bleek te verfijnd om zelf thuis in elkaar gezet te zijn, met veel valse draden en waarschuwingsstickers om iedereen die hem onschadelijk probeerde te maken, in de war te brengen. Bomexperts van de FBI concludeerden dat de bom niet verwijderd had kunnen worden, zonder dat deze zou ontploffen. Een speurtocht die nergens toe leidde, een bom die niet onschadelijk gemaakt kon worden: wie deze overval had gepland, leek de politie uit te willen dagen. Toen de daders Wells de bomkraag omdeden, lieten ze hem ook een wit T-shirt aantrekken. Op de voorkant was met verf het woord 'GUESS' geschreven.

Op 21 september belde Bill Rothstein de politie van Erie. Ze haastten zich naar zijn huis, dat grensde aan de zendmast waar Wells zijn laatste bezorging had gedaan. In een vriezer in de garage van Rothstein lag het bevroren lichaam van William Roden. De ex-vriendin van Rothstein, Marjorie Diehl-Armstrong, had een maand eerder, haar vriend Roden, in de rug geschoten met een jachtgeweer tijdens een ruzie. Rothstein hielp Diehl-Armstrong de misdaad te verbergen, maar weigerde zich te ontdoen van het lichaam. De politie vermoedde dat Diehl-Armstrong eerder een vriend en haar man had vermoord. Maar voor de moord op Roden pleitte ze schuldig en werd in januari 2005 naar de staatsgevangenis van Muncy gestuurd. Rothstein stierf het jaar voor het proces aan kanker. Tijdens het onderzoek naar de dood van Roden vond de politie een concept van een zelfmoordbriefje in zijn bureaula. Het begon met: "Dit heeft niets te maken met de Wells-zaak." Om een of andere reden geloofden ze hem.

Diehl-Armstrong zat drie maanden in de staatsgevangenis van Muncy voordat ze informatie over de Wells-zaak aanbood in ruil voor een overplaatsing naar een minimaal beveiligde gevangenis. Ze vertelde de FBI dat Rothstein de overval met Wells had gepland en dat ze alleen had geholpen bij het verzamelen van voorraden. Gevangenen in de gevangenis hoorden echter een versie waarin Diehl-Armstrong meer betrokken was, waarbij Roden vermoord was om te voorkomen dat hij naar de politie kon gaan en ze te vertellen over de overval. In ruil voor strafvermindering onthulde Kenneth Barnes, een kennis van Diehl-Armstrong die in de gevangenis zat op beschuldiging van drugsbezit, dat Diehl-Armstrong de overval had gepland. Ze had geld nodig om Barnes te betalen voor de moord op haar vader, zodat zij haar erfenis kon ontvangen. De FBI bleef in gesprek met Diehl-Armstrong, maar bood haar geen mogelijkheden tot strafvermindering aan. Uiteindelijk gaf ze toe dat ze meer wist over de overval. Toen ze in februari 2006 eindelijk om immuniteit vroeg, werd ze in plaats daarvan beschuldigd van samenzwering en een gewapende overval.

Tijdens het proces van Diehl-Armstrong in oktober 2010, vertelde Barnes de jury dat Diehl-Armstrong de overval had gepland, Rothstein de bom bouwde en Wells als slachtoffer optrad. Tot de dag van de overval wist Wells niet dat de bom echt was. Diehl-Armstrong maakte regelmatig bezwaar tegen deze versie van de gebeurtenissen en ontkende zij, Wells ooit te hebben gekend. De jury geloofde haar niet. Ze werd veroordeeld en naar de gevangenis gestuurd, waar ze in 2017 stierf. Barnes kreeg dankzij zijn getuigenis slechts 20 jaar gevangenisstraf. De familieleden van Wells beweren dat hij een onwillig slachtoffer was en dat de politie dit verhaal heeft verzonnen om hun eigen schuld bij het voorkomen van zijn dood te beperken. Anderen betwijfelen ook dat Diehl-Armstrong, die kortstondig mentaal ongeschikt werd verklaard om terecht te staan, deze overval had kunnen organiseren, en vermoeden in plaats daarvan dat Rothstein het ware meesterbrein was. Ondanks deze aanhoudende vragen is de zaak nu gesloten.

Kijktip: Evil Genius op Netflix over the Collar Bomb Heist.